Er is lang tegen geageerd, en na veel gelobby heeft de organisatie Boy Scouts of America (padvinders) het verbod op (openlijk) homoseksuele volwassen leiders ingetrokken. Dat wil zeggen: nog steeds blijft het om in lokale afdelingen, vooral wanneer die door kerken worden gesponsord, mogelijk om homomannen te weigeren, maar op deelstaat- en federaal niveau wordt geen homodiscriminatie meer toegestaan.
Decennialang was het idee dat homomannen ‘nou eenmaal niet te vertrouwen waren’ in een omgeving met minderjarige jongens. Dat homoseksualiteit en pedoseksualiteit verschillende gerichtheden zijn, en dat het boy scouts kan helpen hun weg te vinden naar hun eigen gevoelens en gerichtheden als er niet alleen heterovoorbeelden in hun omgeving zijn, dat besef begint pas nu enigszins door te dringen.
Na de stemming onder de ruim 70 bestuursleden van de Boy Scouts of America verklaarde executive director Zach Walsch van ‘Scouts for Equality’ verheugd dat dit beleid het begin van een nieuws hoofdstuk was.
Uit de reacties vanuit Kerk van Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen, een van de meest invloedrijke sponsoren van de Boy Scouts, blijkt echter dat dat hoofdstuk er voor de Boy Scouts financieel minder gunstig kan gaan uitzien. Woordvoerders van deze mormoonse kerk (foto: Temple Sqare, Salt Lake city) lieten weten het besluit zeer te betreuren. Zij overwegen nu in plaats van Boy Scouts te steunen, een eigen concurrerende organisatie op te richten. Want kennelijk vindt men de uitzonderingsregel op het discriminatieverbod niet ver genoeg gaan.