Het is wenselijk om “een evenwicht aan te brengen tussen de noodzaak om belangrijke wettelijke wettelijke bescherming te bieden tegen discriminatie” en “onnodige en disproportionele lasten voor het bedrijfsleven”. Dat stelde de Britse staatssecretaris Theresa May (foto) onlangs toen zij een wetswijziging aankondigde waarbij de bescherming tegen discriminatie wordt verminderd.
Zo zal een werkgever wiens werknemer op een discriminerende manier wordt aangevallen door een klant, zich daar wettelijk nog nauwelijks meer druk over hoeven te maken. En zo worden wettelijke regels die voorzien waren rond dubbele discriminatie, nog maar even in de koelkast gezet. Het is crisis, lijkt het Britse kabinet te roepen, dus tijd om werkgevers in de watten te leggen en allerlei andere aspecten, zoals mensenrechten en werknemersrechten, maar eens even aan banden te leggen.
Deze zeer kwalijke benadering heeft gelukkig nog geen brede navolging gekregen, en het is te hopen dat de protesten aan Britse zijde dit soort kwalijke initiatieven zullen indammen.